MIT-onderzoek bevestigt: social distancing nutteloos in strijd tegen COVID-19-virus
In gesloten ruimtes blijkt social distancing nutteloos en geeft het een vals gevoel van veiligheid.
Het respecteren van anderhalve meter afstand is al maandenlang een van de vaste maatregelen in de strijd tegen de verspreiding van het COVID-19-virus. Maar uit recent wetenschappelijk onderzoek van de gerenommeerde universiteit Massachusetts Institute of Technology (MIT) blijkt dat deze regel binnenshuis zeer weinig effect heeft. Het dragen van een mondmasker en een goede ventilatie van binnenruimtes blijven daarentegen wel nuttige maatregelen.
Om een veilige afstand tussen twee personen te bepalen, werken diverse landen trouwens met meerdere maten en gewichten. In ons land en de ons omringende landen geldt een afstand van 1,5 meter. Maar in Zuid-Europa is één meter al voldoende, terwijl in het Verenigd Koninkrijk twee meter van toepassing is. En als u naar de Verenigde Staten zou reizen, dan moet u rekening houden met zes voet (ofwel 1,8 meter).
Volgens de wetenschappers van het MIT zijn de huidige afstandsregels gebaseerd op een achterhaald begrip over hoe het virus zich in gesloten ruimtes beweegt. Bij het begin van de pandemie dachten wetenschappers namelijk dat het COVID-19-virus zich enkel via zwaardere druppeltjes kon verspreiden. Ondertussen is echter bewezen dat het virus ook via aerosoldruppels verspreid wordt. Dit soort druppels is veel lichter, waardoor ze langer in de (binnen)lucht blijven hangen.
Met andere woorden: in een binnenruimte heeft iedereen hetzelfde risico om besmet te geraken. Social distancing zet dus geen zoden aan de dijk, en geeft zelfs een vals gevoel van veiligheid.
Wat wel nuttig is, is het gebruik van mondmaskers en/of een goede ventilatie van binnenruimtes. Want in een rustige omgeving – waar mensen stilzitten – zullen aerosoldruppeltjes langzaam naar de grond zakken. Maar op een plaats waar mensen praten, eten en niezen, kunnen ze lang in de lucht blijven hangen. Een goed ventilatiesysteem zorgt ervoor dat deze partikels uit de binnenruimte verwijderd worden.
Bron:
redactie INNI
